Eigenlijk zouden ze goed zichtbaar en hoorbaar moeten tieren, godver-en, schreeuwen, slaan en vloeken. Al die mensen die afhankelijk zijn.
Afhankelijkheid, niet zélfbepalend zijn, is iets wat veruit de meeste mensen niet bepaald prettig vinden. Vrijheid en zelfbeschikking zijn veel waard. Niet voor niets zijn de maatschappelijk hoogst gewaardeerde banen meteen ook banen waarin dát aspect belangrijk is. Niet voor niets vinden de meeste mensen opsluiting een straf. En dé manier om werknemers over de kling te jagen, is hen het gevoel te geven een onbenullig instrument te zijn.
Niet eens subtiel wordt dat uitkeringsgerechtigden aangepraat. In ruil - Rúil?! WW is een verzékering - voor je uitkering word je geacht alles wat maar werk kan worden genoemd, te accepteren. Dat moet je eens proberen met een CAO-beschermde functie. En de zelfstandige piekert er ook niet over. Maar sommige mensen zijn blijkbaar uitschot.
Zo'n groep zijn ook de bejaarden. Die term mogen we nooit laten verslonzen. Hij omschrijft de kern: mensen die be-jaard zijn, die vele jaren hebben. Ze zijn oud. En de hoogbejaarden zijn erg oud. Laten we zeggen, boven de 90.
In onze ijver die groep wijs te maken dat ze vooral zelfstandig moeten (willen) leven, gaven we ze technologische hulpmiddelen als vervanging voor intermenselijk contact. Aan de litanie van ellende-verhalen die dat oplevert, ga ik er nu toevoegen. Vooral in een poging weer eens duidelijk te maken dat technologie snoeiharde grenzen heeft.
Bijna iedere oudere Nederlander die nog zelfstandig woont, krijgt op enig moment een alarmsysteem. Dat op zich is al een veeg teken. "Moeder kan best nog alleen wonen. Maar áls ze valt dan heeft ze een alarmknopje" Volgens mij is het dús al twijfelachtig hoe zelfstandig je nog kunt wonen, want ik ken geen enkele jongere of volwassene met zo'n alarmknop. Inderdaad, die kunnen zichzelf nog overeind helpen na een val.
En dús is iedereen met een alarmknop om de nek helemaal níet zelfredzaam. Die vertrouwen op dat surrogaat.
In ons blind vertrouwen in techniek verwaarlozen we die oude mensen. In het afgelopen jaar heb ik drie keer meegemaakt hoe dat mis ging. Drie hoogbejaarde, alleenwonende dames die vertrouwden op een systeem.
De eerste viel en heeft meer dan acht uur op de grond gelegen voordat ze werd gevonden. Toevallig. Door een kleinkind. De alarmknop had ze even naast zich gelegd. Buiten bereik vanaf de grond.
De tweede kreeg een nieuwe versie van het alarmsysteem. De monteur merkte terloops op dat "de oude het al een hele tijd niet meer deed". Je betaalt dus rond de €15 per maand voor iets wat niet werkt. Je betaalt voor vertrouwen in hulp die nooit zou zijn gekomen.
De derde maakte dat dan ook echt mee. Gevallen, mét alarm om de nek, bleek niemand te komen. Ook hier kwam toevallig iemand langs. Bij contrôle bleek het systeem uitgevallen. Dat kon, terzijde, pas dágen later worden nagekeken want "de monteur is er in het weekeinde niet".
Kijk. Dát is dus techniek. Die kan kapot gaan.
Ik stel voor dat iedereen die een app ontwikkelt, die een dienst aanbiedt waarin een technisch aspect zit, verplicht wordt een nooddienst te hebben voor hen die afhankelijk zijn van de dienst. Dat is dus veel verdergaand dan periodieke contrôle, áls dat al gebeurt. Voor onszelf hebben we het wél goed geregeld: de Wegenwacht kómt voor je kapotte auto. Je vertrouwt op het liftalarm. De machinist in je trein wordt op levendigheid (en rijgedrag) gecontroleerd door geluidsignalen van z'n ATB.
Maar waar zijn de afstandstesten of systemen nog werken? Waar de contactmomenten, geïnitieerd vanuit de centrale om even te horen hoe het is? Waar is het 'ATB-piepje' ter côntrole van de drager?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten