zondag 19 mei 2013

DSM-V

Nou. Hij is er(bijna). De nieuwe Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorders: DSM-5.

Ter plaatsbepaling: ik vind dat er geen 'markt van welzijn en geluk' hoort te bestaan. De farmaceutische indústrie dien je daarom met argusogen te volgen en hun beweringen op een goudschaaltje te wegen om de waarde te bepalen. 'Industrie', 'ondernemen' en 'gezondheid' zijn lastig te combineren zonder in een belangenconflict te raken.

De DSM speelt daarin een vreemde rol. Psychiatrie is mijn vakgebied niet. Maar als ik lees hoe er over de DSM wordt gesproken en geschreven, dan zijn er toch wat zaken te observeren.

De DSM beschrijft aandoeningen. Niet meer en niet minder. In dat opzicht is het een boekwerk vergelijkbaar moet ieder ander codeboek: wat bedoelen we met..? Ook onze woordenboeken vervullen die functie. Zonder zulke afspraken is het onmogelijk te communiceren.

Maar ja: niets is echt waardevrij, hoezeer het ook wordt geprobeerd.

En dus wordt de DSM gebruikt. Daar ontstaat de ellende.

Als ik me met klachten níet bij een arts meld, heb ik die klachten nog steeds wél maar wordt er (waarschijnlijk) geen diagnose gesteld. Beruchte voorbeelden? 'De griep' die vaak een heel stevige verkoudheid is. En als ik een dag of wat goed chagrijnig ben, is dat ook niet echt reden tot zorg.

Kom ik met die klachten toch bij een arts, dan zal ik vast te horen krijgen dat het meevalt. Daar zijn protocollen, hand- en leerboeken voor. En vooral de vakkundigheid van de arts. Want alhoewel het soms lijkt alsof we als machientjes zijn te repareren of nieuwe onderdelen kunnen krijgen, zíjn we geen machientjes die honderd procent voorspelbaar of zelfs maar kenbaar zijn.

Kom ik vaak met zulke 'onbelangrijke' klachten bij de arts, dan is er meer aan de hand. Ik zóu een hypochonder kunnen zijn. Hoeveel daarvan in Nederland rondlopen, weet ik eigenlijk niet. Maar een fijn leven kunnen die niet hebben, met al die ziekten die je als mens kúnt krijgen.

Maar het kan ook zijn dat er iets héél anders aan de hand is.

De samenleving waarin we leven, wil alles bevestigd zien; hetzij door onderzoek, hetzij door professionele analyses. Dat werkt verlammend. En het is een van de belangrijkste perverse prikkels om instrumenten in te zetten op manieren waarvoor ze nooit zijn bedoeld.

De DSM is er zo één. Alleen de ziektebeelden die daarin zijn opgenomen, worden erkend. Door werkgevers, door verzekeraars. Maar daarvoor is de DSM nooit bedoeld: om bijvoorbeeld te dienen als basis voor een recht op vergoeding. Het is een volledige ontkenning van de patiënt en diens klachten. CVS? Chronisch VermoeidheidSyndroom? Volgens sommigen bestaat het niet; ook niet als er veel mensen zijn, die onafhankelijk van elkaar, vergelijkbare klachten ontwikkelen. RSI? Een modeziekte, denken sommigen - vaak dezelfde. Ook hier weer ondanks de aandoeningsklachten.

De New York Post had gisteren een artikel met de kop We're All Mad Here. Twee citaten daaruit, dit:
DSM 5 has added many new mental disorders that include many symptoms and behaviors previously accepted as simply part of the human condition. The resulting overdiagnosis of mental disorder will have many harmful unintended consequences — the misuse of medication, unnecessary stigma, high costs, misallocated resources, narrowed expectations, a reduced sense of personal responsibility, and the misapprehension that we are all becoming sick individuals living in an increasingly sick society.

en dit:
Why all the these daffy DSM 5 diagnoses reducing the large pool of normal into a small puddle?

Dat laatste citaat is, denk ik, tekenend. Daaruit blijkt iets vreemds. want vanaf het moment dat je gaat benoemen, is de tendens de onbenoemde kern zo klein mogelijk te laten zijn. 'Normaal' ís inderdaad een 'kleine poel'. Sterker, het is de vraag of er wel iemand ís die honderd procent gezond is.

Het eerste citaat geeft goed weer wat ik bedoelde: alle negatieve gevolgen zijn gevolgen van een gebrúik van de DSM. Een, denk ik als toeschouwer, verkéérd gebruik. Maar om dat dan aan de DSM te wijten, gaat me nog even te ver.

Waarom wordt er niet veel meer aandacht gevestigd op het gebruik van instrumenten als de DSM? Op de rap om zich grijpende medicalisering? Die een gevolg is van ons eigen onderling wantrouwen. Op de rap om zich grijpende besluiteloosheid als er geen onderzoek of commissie-oordeel aan ten grondslag ligt?

Wíj zijn doorgeslagen. Dát is het probleem. Niet de DSM 5.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten