Hoe vaak overkomt jou dat nog? Dat je een gevoel hebt dat je terugbrengt naar je jeugd. Een herinnering, dus.
Vaak?! Jôh, wees heel blij dat je dat hebt. Blijkbaar lukt het je een aanzienlijk deel van je jeugd vast te houden. Hopelijk ook de (onbevangen) creativiteit die daarbij hoort.
Vaak... zullen we, met die overdrachtelijke natte vinger, zeggen: zo'n één keer per maand?!
Mijn gok is dat het overgrote deel van de lezers van deze blogpost dat 'jeugdgevoel' zelden terugvindt. Mij overkomt het zo'n een, twee keer per jaar. Denk ik. Als ik het zou gaan bijhouden, kan het best weleens minder vaak zijn. Maar, inderdaad, ook meer. Wat ik het belangrijkst vind, is dat ik me steeds meer bewust word van die momenten.
In deze reeks heb ik al eens geschreven over de rol van geuren en geluiden die herinneringen oproepen. Vaak zijn dat een soort van flitsen. De geur is er soms maar heel even. Die momenten bedoel ik niet. Wel op de momenten die eigenlijk veel meer dan een momént zijn.
Vandaag woei het weer 's in Nederland. Tegenwoordig is stormachtige wind een storm en een storm zo ongeveer de aankondiging van het eind van de wereld. Een echte storm, strak boven 10Bft; die kennen we eigenlijk niet. Een 7-8Bft hebben we vandaag aan de westkust in de steden gehaald, misschien zelfs een magere 6-7Bft. Wat we wél erbij kregen, was de haast onvermijdelijke regen.
Dát zijn de condities voor zo'n reminiscentie-moment.
Dat je door de stad fietst. Een warme, waterdichte jas aan; een regenbroek; en waterdichte schoenen. Jou kan niets gebeuren: die diepe niet te ontwijken plas niet, zelfs een voorbijspattende auto niet.
Zo fietsend sluit je je af van de situatie. Niet dat je niet op het verkeer let. Het is meer dat je je immuun probeert te maken voor de natheid van de regen. De beste toestand is die waarin het je niet meer raakt; vijftien minuten later ben je thuis.
Een ideale conditie om je ineens je jeugd te herinneren.
Dat 'moment' duurt al snel een minuut of tien. De keren dat je met storm en regen naar school fietste. Dat je vóór de wind zeilend als een speer ging en haast de storm vergat. Zoals een zweefvlieger stilte ervaart omdat-i de snelheid van de wind heeft. De storm stuwt je voort. Af en toe een trap op de pedalen en daar ging je weer. In de wetenschap dat je 'm ook tegen zou gaan krijgen.
Met een capuchon op - wel áf zetten als je opzij moet kijken - komt daar ook nog eens het getik en gekletter van de regen bij. Nu je weet dat de regen je niet kan deren, krijgt dat geluid iets huiselijks. Alsof ze tegen de ruiten slaat en niet binnen kan komen. Alsof je in een slaapzak in een tent ligt en luistert naar het tentdoek dat door de regen wordt bespeeld.
Zulke momenten, dus. Wanneer iets onaangenaams als buiten moeten zijn in storm en regen, iets optimistisch krijgt. Omdat je ook op een andere manier, die van een jeugdige, kunt ervaren.
Goud waard.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten