In de loop van de dag verschenen ze steeds meer in het straatbeeld. De vlaggen met een tas aan de vlaggenstok gebonden. De variatie is hier in Leiden nog groot ook. Het 'met vlag en wimpel slagen' leidt hier ter stede zeker niet per sé tot een nationale driekleur als vlag. Zeker ook de 'Leidse vlag' - en zelfs een Feyenoordvlag - doet het goed. Die variatie geldt overigens ook de manier van vlaggen.
Zo'n examendag maakt ook duidelijk dat het vlaggen in Nederland zeker geen massa-gewoonte is. Vlaggenstok en -houder zijn niet altijd beschikbaar. Maar niet getreurd; dan hang je de vlag gewoon over de raamdorpel. Met als nadeel dat zo'n vlag dan niet vrolijk en feestelijk wappert, maar wat lulligjes tegen de gevel aankleeft.
En als je de vlag te zwaar maakt... dan kukelt het hele zaakje naar beneden om eerloos te eindigen in de tuin. Ook dát beeld was vandaag te zien. In de Herenstraat.
Die vlaggen doen me denken aan dat gevoel van bevrijding als je bent geslaagd. Klaar. Van school. Weg. Nieuwe kansen en een verse start. En aan de snelheid waarmee in de maanden daarna je nieuwe opleiding of werk weer tot sleur lijkt gebombardeerd. Euforie, hoe jammer ook, duurt nooit echt lang. Voor een volgende flash zul je weer aan de bak moeten.
Examens zijn feitelijk rare situaties. We denken wel dat daarmee wordt bepaald welk kennisniveau de 'kandidaten' hebben. Daar kun je wel vraagtekens bij plaatsen.
Examens meten vooral de onderlinge verschillen tussen de kandidaten, op één moment. Heb je die dag toevallig stekende hoofdpijn, dan is er een gerede kans dat je het slechter doet. Is de lesstof te moeilijk gebleken voor iedereen, dan wordt het beoordelingsschema bijgesteld. Daardoor is de zes van dit jaar niet ongewogen vergelijkbaar met de zes van vorig jaar of andere jaren.
Dat is wat me zo frappeert aan (een deel van) de reacties op 'de gestolen examens'. Vooral de techsavvy, de tech-idealisten reageren daar uitermate eenzijdig op. Zo'n diefstal is toch ook gewoon vanzelfsprekend als we zo ouderwets met papier werken? Nee, de oplossing is een technische. Online bijvoorbeeld. Waarbij de opdrachten pas seconden van tevoren worden vrijgegeven. En de uitslagen sneller beschikbaar komen.
De vraag die we ons zouden móeten stellen, lijkt me echter eerder die naar het bestaansrecht van dit soort van centrale examens. Maar die stellen zij niet. De kansen die nieuwe technieken ons bieden, zouden als het even kan gepaard moeten gaan met heel principiële, fundamentele vragen en heroriëntatie. Een heel basale ontwerpvraag: 'hoe wil je het hebben?'.
Niet dat dat per definitie tot iets nieuws móet leiden. In dit geval is het wellicht aardig er weer eens bij stil te staan.
Mijn idee bij een examen is altijd geweest dat een examen is bedoeld om de kennis van iemand te bepalen. Inmiddels weten we dat je dat bij voorkeur niet op één moment bepaalt, maar gedurende langere tijd. Op de lagere school wordt de hele leerlingloopbaan een dossier met vorderingen bijgehouden. Op de middelbare school worden alle jaren proefwerken in diverse vormen afgenomen. Dat geldt ook voor het beroepsonderwijs en het wetenschappelijk onderwijs. Die loopbanen zeggen véél meer over de kandidaten. Wat is daarin het niveau? Wat is de voortgang? Hoe beoordeel je dat?
Als je weet dat jonge mensen zich volop ontwikkelen. Als je weet dat dat geen lineair proces is, maar een van toppen en dalen. Als je weet dat veel meetpunten een nauwkeuriger beeld opleveren dan minder. Waarom wordt dan niet de hele ontwikkeling van een leerling gebruikt om te bepalen of iemand wel of niet een diploma waard is?
En, daarbij...
waarom gaan we niet over tot examens voor de leraren in plaats van de leerlingen? Als we nu eens heel geregeld vaststellen of degenen die voor ons bepalen of leerlingen een bepaald kennisniveau hebben bereikt, dat ook kúnnen doen?
Zo vreemd is die omkering niet. Hij past beter bij onze kennis over het leerproces en hij maakt fraude een stuk ingewikkelder. Een individuele leraar kan uitschieten - net als nu. Maar een olievlek als gevolg van vijfentwintig gestolen examens is een stuk moeilijker. Daarenboven staat de leraar weer centraal als beoordelaar. Zoals ooit de meester-gezel een jarenlange opleidingsrelatie hadden.
Kijk. Dat soort van (gedachten)experimenten maakt gebruik van de nieuwe technologie. Da's anders dan centrale examens digitaliseren.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten