zaterdag 3 mei 2014

Leidse cosmetica

Hoe zou het zijn als....? Een vraag die me vaak te binnen schiet. Even anders kijken naar wat je voor vanzelfsprekend aan neemt; dat trucje. Het werkt het best op plaatsen waar je vaak komt en die je 'dus' niet meer echt beleeft.

Zo kletst een deel van Leiden alweer een hele poos over de Breestraat. Een straat waaraan weinig méér eer is te behalen, omdat-i fundamenteel verkeerd is: te smal én te breed, één van de twee verkeersaders in de stad, en zonder karakter. De oplossingen zijn voorspelbaar: maak er een voetgangersgebied van waar het 'gezellig' toeven is. Geen idee wat 'gezellig' precies is, maar blijkbaar zijn dat terrassen.

Eerder heb ik geschreven dat veel rigoureuzere richtingen zouden moeten worden ingeslagen: leg een beek aan. De Breestraat is niet vlak, maar valsplat. Hoe mooi zou het zijn als over de as van de weg, in twee richtingen, een ondiep beekje stroomt? Wedden dat het een enorm effect heeft op hoe de straat wordt beleefd? En dus hoe men zich er gedraagt.

conduit

Een stad levendig maken, vereist dat je leven, beweging zichtbaar maakt. Op die gedachte is het volgende gebaseerd.

Laat de gemeente Leiden tientallen abri-achtige panelen plaatsen, door héél de stad. Maar laat die panelen niet gebruiken voor reclame maar om het stadsleven in een cirkel van 250 meter rond het paneel te tonen.

Met stadsleven bedoel ik niet het straatleven - da's immers juist te weinig - maar het vanaf de straat onzichtbare leven om je heen. Bewegend en live.

Loop over de Oude Vest en kijk naar binnen in één van de zalen van de Lakenhal. Loop over de Breestraat en kijk binnen bij winkels of zie hoe wordt geconfereerd in de Stadsgehoorzaal. Loop door een woonstraat en zie de achtertuin of achtergevel (alhoewel ik hier nog de meeste problemen zou verwachten).

De techniek - kleine, eenvoudige camera's - is er. In Limburg, weet ik, zit een bedrijf dat bezig is met stadsschermen en contextgevoelige informatie. Dit is een variant en eenvoudiger.

Als toerist of dagjesmens, of als Leienaar!, loop je dan door de stad en je kunt zien wat er in je omgeving is te zien áchter de gevels. Vooral musea en dergelijke kunnen een veel groter bereik halen op die manier. Zij gaan naar de bezoeker in diens habitus tóe! Een restaurant, een winkel: effe kijken hoe het er van binnen uit ziet.

De beelden zijn te koppelen aan het moment. 's Avonds zal er in de stikdonkere musea niets te zien zijn. Dan zijn de café's levendig. Als er maar geen (statische) reclame te zien is. Da's dodelijk. Het systeem kan betaald worden doordat de bedrijven die meedoen een deelnamebedrag betalen voor de uitzending.

Ik zie het wel voor me, hoor.

Privacy? Die is net zo als met gordijnen en winkeletalages: mensen die langs lopen, werpen een blik naar binnen. Zijn de gordijnen dicht of de etalages donker achter rolluiken, dan zie je niets. Meedoen is zoiets als de gordijnen open of dichtgetrokken hebben.

Inbrekers? Ach, kom. De schermen zijn buiten geplaatst en niet elders op te vragen dan binnen die straal van 250 meter. De inbreker zal dus nog steeds op stap moeten en nog steeds observeren. Net als altijd.

Dat zal vast wel gebeuren: de Ja, maar-reactie. Varkens in het Singelpark, camera's met stadsgezichten, een beekje door de Breestraat, kijkers in de stad.... Ja, maar....

Innovatie. Het lijkt er in Leiden meer op dat dat het van een strik voorzien van de spreekwoordelijke doos in out of the box is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten