Er zíjn van die momenten.
Vandaag heeft het in Leiden een groot deel van de dag geregend. Als je dan naar buiten móet, dan word je dus nat. Als Nederlander ben je niet anders gewend. Ietwat stoïcijns - "ach, thuis trekken we gewoon droge kleren aan" - en op regendagen nóg minder geïnteresseerd in mode; het regenpak gaat aan.
Dat regenpak heeft wel iets. Je blijft droog; da's de opzet ook. Maar het geeft ook geluid, zeker als je bij striemende regen een capuchon op zet. Lekker droog - en vaak warmer dan je wilt - hoor je de regen kletteren. Alsof je knusjes in een tentje zit en de regen klettert op het tentzeil.
Dé nadelen van die regenpakken zijn de boven- en de onderkant. Ik moet toch eens op zoek naar de regenpakken met overtrekjes voor m'n schoenen. Want zoals een waterdicht jack het water afvoert naar je broek, waardoor die nóg sneller nóg natter wordt, zo stroomt heel rap het water je schoenen in. En de capuchon: die belemmert het zicht. Dus da's of je nu fietst of loopt 'af en op' bij iedere zijstraat en kruising.
Toch is regen ook mooi.
Vandaag werd het ook droog. Da's echt bijzonder, mits je luistert.
We fietsten net de binnenstad uit. Een naar later bleek laatste oprisping van regen maakte ons kletsnat. Dan ben je in jezelf gekeerd: geconcentreerd, want de regen leidt iedere verkeersdeelnemer af. Druppels die uit je haren vallen en langzaam je nek in glijden. Regenwaterstroompjes die nét niet meer door je wenkbrauwen worden tegen gehouden. En voor de brildragers: die levert je nog maar een fractie van het zicht op dat je normaal hebt. De wereld gezien door regendruppels.
Dan komt er een eind aan de bui.
Als je dan nog niet op een verzopen kat lijkt, kan dat een bijzonder moment zijn. Het geluid van de regen verstomt. Plots blijken er tal van vogels de lente te bezingen (althans: dat maak ik er van. Ze bepalen hun territorium, maar da's zo weinig poëtisch). Dat ze mogelijk een goed humeur hebben, is ook te wijten aan de regenwormen die een stuk makkelijker te vangen zijn na een regenbui.
Die laatste paar honderd meter heb ik er eens bewust op gelet: op al die geluiden die er plots lijken te zijn als de regen stopt. En vooral die vogels vallen dan op. Merelzang die ik me nog goed herinner uit m'n jeugd. Alsof de merels na een bui hun vreugde uiten over het begin van een drogere periode. En dan nog andere vogelzang die mij niets zegt (ik ben al blij dat ik een mus van een vink weet te onderscheiden).
Mij doet het iedere keer weer enorm goed al die zang te horen. Meestal, denk ik nu, mis ik het. Da's jammer, maar begrijpelijk.
Na de regen van vandaag stak een stormachtige wind op. Dat is geluid wat ikzelf altijd wel mooi vind. Maar nu zaten er nog meer geluiden in. Op een schip zou je het fluitend tuigage noemen. Wat de bron hier in Leiden is, weet ik niet. Het fluiten van de wind langs touwen, lijnen of masten. Het huis deed ook volop mee. Het piepte, kraakte en floot alsof het leeft.
Maar al die geluiden die er plots zijn als de stilte van de natuur invalt. Dan besef je dat alles leeft.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten