Dit is een foto van Onraad en Dood.
Die onschuldig ogende vlaggetjes markeren Onraad en Dood. Zeker in de kustprovincies zie je vaak vrolijk wapperend staan, vooral de oranje. Ze horen bij de verzameling Geheimzinnige Tekens In Het Landschap (GT). Toevallig ken ik deze. Maar het heeft me tijd gekost voordat ik eindelijk eens een keer uitzocht wat die houten paaltjes met oranje kopjes die in bouwkavels staan precies zijn, of de plastic strookjes die uit net gestorte zandlagen steken. Voor degenen die nu gaan zoeken: kadasterpaaltjes zijn het niet, omdat ze niet permanent genoeg zijn. Die GT's hebben me ondermeer geholpen sommige treinreizen te verzachten. Lekker naar buiten kijken en daarna eens een hele poos nadenken over een paaltje, vlaggetje of woord.
De mooiste, vind ik, zijn die welke je herinneren. Aan een overstroming - 'het water kwam in 1801 tot híer' - of een vergane tijd - 'deze contouren markeren een gebouw dat hier ooit stond en waarvan de resten meters onder je liggen'. En als ik eerlijk ben, vooral die eerste categorie. Die vind je ook in huizen: de groeistreepjes van kinderen.
De vlaggetjes langs de slootkant passen daar niet goed in (alhoewel honderd meter verderop al jaren een bosje bloemen aan de boom herinnert aan een fataal ongeluk). Toch laten ook zij iets zien van een parallelle wereld op diezelfde plek. Daar waar ik op een zondag niets anders zag dan een wegberm en slootkant met een reeks vlaggetjes zal een van van de komende dagen een man met lieslaarzen opduiken voor wie die vlaggetjes een signaalbetekenis hebben. De oranje zijn het teken dat daar een muskusrattenval staat. De gele markeren mollenvallen. Voor die twee betekenen die vlaggetjes een verdrinkings- of beklemmingsdood.
Wat ik toch wel verontrustend vond aan de vlaggetjes, is dat het er heel veel op een kort stukje zijn. Meestal staan er drie tot vijf oranje vlaggetjes. De rattenvanger lijkt overlopen te worden.
Tekens zijn overal om je heen. Aantrekkingskracht gaat uit van de onbekende, de jargontekens. De meeste kan ik niet plaatsen, snap ik niet. Neem alleen alle graffiti maar: wie maakte dat? (het blind taggen vind ik niet interessant. Dat is meer een symbool van 'Kijk mij nâh. IK was hier'). De markeringspaaltjes - wat markeren ze?. De plastic strookjes in een zandbed - die voor snellere drainage zorgdragen. En een beetje creatieve geest ziet er veel meer. Werkelijk.
In Leiden fotografeerde ik ooit een aanplakbord waar de aanplakbiljetten, zwaar doorweekt geweest, vanaf werden gepeld door de wind. Maar de tot nu mooiste zag ik in Berlijn. Deze:
Ik vind het nog steeds één van de mooiste beelden die ik zag van 'sociale omgeving'. Zo'n lantaarnpaal die jarenlang beplakt is geweest en nu een soort van papierboom is geworden. Hoe oud zou-i zijn? Ik heb het toen, tweetend, sociaal-archeologisch onderzoek genoemd. Je pelt de geschiedenis af. Je leest de jaarringen van deze papierboom. De bands, de ontwikkeling in de muziek, de voorkeuren van de stad. Het voordeel van het ongeordende, denk ik dan. Veel interessanter dan het geordende, waar herinneringen letterlijk en figuurlijk worden weggeveegd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten