vrijdag 12 september 2014

Het omgedraaid Leids bushokje

Bij innovatie denken veel mensen meteen aan Grote Uitvindingen. De telefoon, elektriciteit, atoombommen, de ontdekking van het wiel, het pokkenvaccin, ze komen meestal wel voorbij. Of de Industriële Revolutie en het Internet. Meestal zijn het grootse dingen en meestal zijn het uitvindingen.

Innovatie hoeft niet per sé nieuw te zijn. Innovatie moet wel nieuw zijn in zijn gevolgen of mogelijkheden. Apple is een beruchte. Dat bedrijf innoveert door slim te combineren wat al beschikbaar is. Voor de paperclip is nooit een nieuw materiaal ontwikkeld noch een nieuwe techniek ontwikkeld; wel een heel slimme buiging.

Innovaties kunnen in heel kleine veranderingen zitten. Maar wel veranderingen die - relatief grotere - effecten hebben. Het innovatieve aan Apple zijn niet de apparaten op zich, maar wel de herpositionering van de computer ín het huishouden - de iMac was toonbaar in de woonkamer - of de mobiliteit - na de iPhone is er niemand die nog vreemd opkijkt van een computer in je broekzak. Die kleine aanpassingen maken het ook zo lastig innovatie te onderscheiden van marketing; de mensen die menen dat wij altijd 'iets nieuws' willen. Daardoor staren jij en ik naar reclames over slimme, zelfnadenkende tandpasta's, diamantstof als huidschuurmiddel in de crème of koffie die ook ons haar oppept.

Lachwekkende onzin.

Toch moet je oppassen de kleintjes niet meteen allemaal af te doen als onzin. Misschien zijn ze niet allemaal spectaculair; ze kunnen best handig zijn.

Vandaag moest ik wachten op het doen van een oogmeting. Omdat het erg mooi najaarsweer was, ben ik voor de winkel in het zonnetje gaan staan. De winkel ligt aan een straat die weer eens wordt her-ingericht in een (wanhopige) poging 'm aantrekkelijk te maken: andere lantaarnpalen, ietsiepietsie aangepaste stoep, haast onzichtbare 'historische elementen' die worden terug gebracht. Zo'n straat gaat dan helemaal op de schop.

Ik blijf van mening dat er teveel energie in wordt gestoken, maar op (minstens?!) één punt zag ik vandaag wel iets innovatiefs: de bushokjes. Die zijn 'omgekeerd' en naar de winkels gericht. In eerste instantie, denk je, 'ze staan verkeerd om'. Dat is niet zo.

In de oude situatie stonden ze conservatief met hun rug naar de winkels, beschutting biedend aan de wachtende reiziger. Als je weet dat daardoor áchter de bushokjes een loopruimte overbleef van zo'n anderhalve meter, dan zie je de flessenhalzen al ontstaan. Winkels áchter de bushokjes hadden de slechtste plek die je je zo ongeveer kan bedenken.

Nu zijn ze dus omgedraaid, de bushokjes. Maar dat niet alleen; ze zijn ook open. De ontwerper beledigend: het is een dak met twee zijkanten.* Want informatie en reclame moeten we natuurlijk nog steeds kwijt. Nog steeds is het geen oplossing voor 'een bushok op een smalle stoep', maar het zou wel tot effect kunnen hebben dat de stoep breder óógt. En dat je als wachtende niet suffig naar het wegdek staart tot de bus komt.

Het bushokje omdraaien. Kan het kleiner, anders dan het bushokje weghalen, de stoep verbreden of de halte verplaatsen? Maar ik vind deze oplossing veel uitdagender, vooral omdat-i convénties ter discussie stelt. Waarom zou een bushokje moeten zijn zoals-i altijd was?

Mijn enige wens zou nog zijn een soort van rolluik waarmee bij regen en sneeuw tijdelijk! tóch nog meer bescherming wordt geboden.

* Een paar dagen later heb ik de vormgeving nog eens beter bekeken. De strekking van de blogpost verandert niet, maar het bushokje is best wel anders dan "een dak met twee zijkanten". Het is een veel ijler geheel, veel opener en transparanter, waarbij een halve 'achterwand' het enige gesloten platte vlak is en het dak verder wordt ondersteund door dunne balken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten