vrijdag 18 juli 2014

Twitters waarde bij rampen

Vrijdagochtend. 's Ochtends vroeg is al duidelijk dat het een warme zomerdag wordt, een zeer warme.

Gistermiddag stortte een vliegtuig neer met bijna driehonderd doden als gevolg.

In de tuin is de sproeier bezig de planten van water te voorzien. Met ijzeren regelmaat klettert om de halve minuut een watergordijn voorbij. Van enige opwinding is niets te merken.

Het is vreemd te zien hoe gisteren Twittergebruikers reageerden op de ramp. Alhoewel: vreemd?! Eigenlijk is dat niet zo. Het is eigenlijk precies hetzelfde gedrag als het binnendringen van een gerucht. De effecten zijn ook identiek.

Een gerucht, in zijn eenvoudigste definitie, is een onbevestigd feit dat als feit wordt gedeeld. In de meeste gevallen hebben geruchten een kern van waarheid. Dat gebeurde gisteren ook.

Op Twitter verschijnen al snel na 16.15 uur - het waarschijnlijke tijdstip van de ramp - berichten dat het regulier radio- en radarcontact met een vliegtuig is verbroken. Het vliegtuig passeerde op grote hoogte een conflictgebied: Oekraïne. Dat is het enige wat bekend is, maar het is voldoende. Binnen de kortste keren verschijnen er verklaringen: bommen, raketten van de ene, raketten van de andere partij. Het adstrueren is begonnen.

Veel materiaal daarvoor is er niet. Persbureaus als Intertass zijn in het begin de voornaamste bron voor twitteraars, al snel gevolgd door bronnen als luchthavens, luchtvaartmaatchappijen, reisorganisaties, overheden, omroepen. De geruchtenmachine start. Op precies dezelfde manier als in 'het echie': "ik heb gehoord dat.....". De Twitter-equivalent is de RT, het doorsturen van berichten van anderen. Berichten die overigens door de doorstuurder wel degelijk als informatief worden beschouwd!

Het effect laat zich eenvoudig voorspellen. Berichten en informatie die in een enorme draaikolk rondspint, herhaald en herhaald. Niet dat ze meer waarheidsgehalte krijgt, maar wel meer omvang. Het is een ideale voedingsbodem voor 'des-informatie' in een 'informatie-oorlog': bewúst geïnjecteerde halve waarheden en onwaarheden, waardoor onzekerheid over feiten toeneemt. Niet de informatie op zichzelf is het probleem, maar het fenomeen dat ze wordt opgenomen in de geruchtenmachine: wijzelf.

Ik zal vast een slecht nieuwsjager zijn, want ik heb de neiging om op afstand te blijven en secundair te reageren. Af en toe een vraag die me bezighoudt - en daarop geen antwoord krijgen, want vragen is niet wat de geruchtenmachine zoekt - is het maximum. In mijn twitterleven heb ik het lesje wel geleerd. Een keer of twee, drie heb ik me wél laten verleiden tot meedraaien in de caroussel; twee keer zat ik er compleet naast. Ik kijk nu naar Twitter als een groot gis- en goksysteem, wat niet wegneemt dat er wel degelijk brokjes informatie voorbij komen.

Wat me verbaast, zijn de enorm sterke (afkeurende) reacties op beeldmateriaal. Natuurlijk is het confronterend. Dat is de héle gebeurtenis. Met opzet sensatie zoekend beeldmateriaal vind ikzelf niets toevoegend. Maar gisteren leken mensen zoals jij en ik 'verslag' te doen van de rampplek. Om hún indruk en emoties vorm te geven maakten ze foto's. Met de onbevangen en rauwe blik van een willekeurig toeschouwer. Foto's die verschrikkelijk veel hebben bijgedragen aan óns besef (ik ben benieuwd wat jíj hebt gezien). Ik ervaar het iedere keer weer als ongepaste piëteit als een moreel oordeel wordt geveld dat 'dit niet mag, want denk aan de familie'. Families die heel waarschijnlijk zo snel als mogelijk de onzekerheid kwijt willen wat met hun geliefde(n) is gebeurt.

Vrijdagochtend is er eigenlijk niet veel méér nieuws. Het aantal Nederlandse slachtoffers is véél hoger dan de eerste gissingen gister. De oorzaak is voorspelbaar nog steeds niet aangetoond. De geruchtenmachine draait weer op normale snelheid, met nabranders en al. De georganiseerde media vatten samen en analyseren. Het wachten op feiten is begonnen.

Psychologen kennen een verschil in reactie op fear of anxiety, op angst of gespannen opwinding. De eerste heeft eerder stilte tot gevolg. De tweede de drang tot praten. Dat is niet te veroordelen. Dat ís nu eenmaal zo. In dat licht bezien is wat Twitter laat zien óók betrokkenheid.

Op vrijdagochtend draait boven Leiden een verkeersvliegtuig zijn rondje om op lijn te komen met de landingsbaan van Schiphol. Beneden wordt een tuinsproeier uit gezet.






(Wat mij betreft goed achtergrond-artikel: The New Yorker - After the crash, by David Remnick)

1 opmerking: