Omdat het dan toch herfst bleek te zijn geworden met behoorlijk onaangenaam herfstig buitenweer, verdwaalde ik op tv in een natuurdocumentaire. Dat is een wonderlijk fenomeen. Want alhoewel ik de indruk heb dat ik ermee word doodgegooid, zit je geregeld toch verbaasd te kijken. Er is over natuur zo verschrikkelijk veel te vertellen.
In de afrikaanse Drakensbergen gebeurt nogal wat, ondanks het ruige karakter. Er leeft bijvoorbeeld de lammergier. In het engels de bearded vulture en in het belgisch de baardgier; veel mooiere en adequate omschrijvingen. Alhoewel ik ooit ergens had opgepikt dat gieren botten verorberen, was ik toch onder de indruk van zo'n gier die een fors dijbeenbot mee omhoog neemt, van grote hoogte laat vallen en daarna de grote brokstukken naar binnen werkt. Een beetje een slangenaanpak in een vogellijf.
Overleven in zo'n omgeving wordt gezien als 'natuurlijke selectie'. Baviaantjes die het loodje leggen en door treurende bavianenouders worden gered van een lot als eenhapsmaaltijd voor de gier. De antilopen die, blijkbaar al duizenden jaren lang, de Drakensbergen overtrekken met alle dodelijke gevolgen van dien. Maar in al die tijd is er op de kam van de bergrug nu een indrukwekkend antilopenpad uitgesleten.
Natuurdocumentaires gaan áltijd over het leven; over de voortplanting der plantjes, en over leven en dood. Meeste emotie worden waarschijnlijk opgeroepen door de moordpartijen: de krokodillen die als ware sluipmoordenaars dieren het water in sleuren, of de wrede dood van jonge dieren. De rouwende olifant of baviaan; het zijn beelden waarin we onszelf herkennen, mogelijke emoties die we zelf voelen in die situatie.
Dat projecteren is best wel link.
Dat idee dat de sterkste overblijft, is zoiets. Ik heb een baas gehad die echt leek te menen dat dat toepasbaar is in arbeidsverhoudingen. "Mijn aanpak is die van Knijp en Piep. Gewoon mensen onder druk zetten, levert uiteindelijk het best op wat je er uit kunt halen. En die grens bepaal je omdat ze dan gaan piepen". Zelden zulk idioot gewauwel gehoord. Het hele systeem legt de verantwoordelijkheid bij de werknemer. Stel dat die niet kán of dúrft te piepen: wie heeft hem of haar dan dan kapot gedrukt? Toch echt degene die de druk uitoefende, niet degene die het onderging.
Onder managers is dat gebazel vaker te horen. Wellicht dat men meent dat er natuurwetten zijn die ook in het bedrijfsleven zijn en waarmee zij schone handen kunnen houden. Maar zoiets bestaat niet. Natuurlijke selectie waarin de besten overblijven, werkt niet. Sterker, het begrip natuurlijke selectie is een lange termijnbegrip: het is een belang van de soort (om aangepast aan de omstandigheden te zijn). Die aanpassing is er niet binnen één generatie. En alhoewel sommige ondernemers zichzelf onsterfelijkheid toedichten: die tijd is hen níet gegeven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten